Hoe heet ik? Hallootjes! Aangenaam, ik ben Molinia Caerulea Heidebraut (Pijpestrootje).

Wat moet jij weten over mij?
Ik ben niet zomaar een gewoon gras hoor! Ik groei in kleine polletjes en verspreid mezelf niet als een woeste wildeman zoals mijn andere plantenvrienden dat doen. Dus geen paniek, ik zal je tuin niet overnemen en je uren bezig houden met het onderhoud.

Nou, ik ben een gras met van die dunne blaadjes die vastzitten aan een rechte, stijve stengel. Ik ben een fashionmodel dat rechtop staat en mijn smalle outfit rock. En weet je hoe groot ik kan worden? Tot wel 150 centimeter, echt! Maar hey, geen zorgen, het hangt allemaal af van de omstandigheden waarin ik groei. Dus als ik een beetje een relaxte omgeving heb, kan het mijn groei iets beperken en zal het niet uit de hand lopen.

En nu komt het grappige deel: in de lente heb ik een frisgroene look, net als een vers gemaaide tennisbaan. Maar wacht even, hier komt het: in de herfst verander ik van kleur en verander ik helemaal naar goudgeel of zelfs oranje. Het is net alsof ik een regenboogfeestje vier in je tuin!

Waar sta ik het liefst?
Als Molinia Caerulea Heidebraut (Pijpestrootje) ben ik dol op een standplaats met vochtige bodems die goed kunnen ademen. Dus denk aan een soort spa voor je gras, ik wil het graag fris en vochtig houden, maar niet verstikt raken. Daarnaast ben ik dol op de directe zonnestralen en ben ik oké met een beetje schaduw op zijn tijd. 

Dus, als jij zorgt voor een plek in jouw tuin met een vochtige bodem met genoeg zonnestralen die mijn gezicht kunnen raken, ben ik helemaal blij! 

Op deze manier verzorg jij mij het beste:
Allereerst is het belangrijk om mij in de lente te snoeien voordat de nieuwe groei begint. Je knipt hierbij mijn oude stengels 5 tot 10 centimeter. Daarnaast is het  goed om een paar tips te weten over mijn onderhoud en deze deel ik graag met je! 

• Geef mij de juiste plek: een zonnige plek in je tuin dus!
• Geef mij niet te veel voeding: ik ga heel goed op arme bodems, dus je hoeft geen extra voedingsstoffen toe te voegen aan mijn bodem;
• Wees niet te bemoeizuchtig: ik houd niet van al te veel bemoeienis dus laat mij gewoon mijn ding doen. Laat de natuur zijn werk doen! 
• Geef mij wat ruimte: ik vind het fijn om voldoende ruimte te hebben tussen de planten, zo ben ik op mijn gemak en kan ik mezelf goed bewegen.